Theorie
- Zelfstandige naamwoorden die eindigen op -o zijn normaal mannelijk. Hier zijn enkele uitzonderingen op, waaronder 'la mano' (de hand) en 'la foto' (de foto).
- Zelfstandige naamwoorden die eindigen op -a zijn normaaal vrouwelijk. Hier zijn enkele uitzonderingen op, waaronder 'el día' (de dag) en 'el mapa' (de (land)kaart). Ook woorden met een van oorsprong Griekse uitgang -ma zijn mannelijk, bijvoorbeeld 'el problema' (het probleem) en 'el idioma' (de taal).
- Zelfstandige naamwoorden die eindigen op -tud, -tad, -dad, -ión, -ez en -umbre zijn vrouwelijk, bijvoorbeeld 'la avión', 'la amistad' (de vriendschap) en 'la costumbre' (de gewoonte).
- Zelfstandige naamwoorden die zijn samengesteld uit een werkwoord en een lijdend voorwerp zijn mannelijk: 'el sacapuntas' (de puntenslijper, letterlijk: de trekt-punten).
- Een lijdend voorwerp en een medewerkend voorwerp worden vooraf gegaan door het woordje 'a'. Hierdoor kan een zin een dubbele betekenis hebben, waarbij je de bedoelde betekenis uit de context op zult moeten maken, bijvoorbeeld: 'Te voy a presentar al señor Mendoz' = 'Ik zal je aan meneer Mendoza voorstellen' of 'Ik zal meneer Mendoza aan je voorstellen' ('te voy' = 'ik zal je' / 'presentar' = 'voorstellen' / 'señor' = 'heer' of 'meneer')
- Een meewerkend voorwerp begint in principe altijd met 'a', bijvoorbeeld: 'He dado una manzana a Pedro' = 'Ik heb een appel aan Pedro gegeven' ('dado' = 'gegeven', voltooid deelwoord van 'dar', dat 'geven' betekent)
- Er zijn drie aanwijzende voornaamwoorden: 'este' (deze), 'ese' (die) en 'aquel' (die). Deze woorden buiten zich naar het getal en het geslacht van de woorden die ermee worden aangeduid. Dat gaat als volgt:
- mannelijk enkelvoud: este ese aquel
- vrouwelijk enkelvoud: esta esa aquella
- onzijdig enkelvoud: esto eso aquello
- mannelijk meervoud: estos esos aquellos
- vrouwelijk meervoud: estas esas aquellas
Geluidsopname 25, bevat deze rijtjes.
- Normaal wordt 'este' gebruikt om iets aan te duiden dat zich bij de spreker bevindt, 'ese' om iets aan te duiden dat zich bij de luisteraar bevindt en 'aquel' voor iets dat niet bij de spreker en ook niet bij de luisteraar is.
- Voor 'ik ben aan het ...' wordt estar + gerundio gebruikt. Dus: 'Ik ben aan het tekenen' = 'Estoy dibujando'.
Idioom
Menselijk lichaam:het hoofd = la cabeza
het oog = el ojo
de neus = la nariz
de mond = la boca
het oor = la oreja
de wang = la mejilla
de lip = el labio
de tong = la lengua
het haar = el pelo
de schouder = el hombro
de nek = la nuca
de rug = la espalda
de arm = el brazo
de elleboog = el codo
de pols = la muñeca
de hand = la mano
|
Werkwoorden:voorstellen = presentar
nemen = tomar
Andere woorden:de dag = el día
de foto = la foto
de kaart = el mapa
het probleem = el problema
de taal = el idioma
de vriendschap = la amistad
de gewoonte = la costumbre
|
Geluidsopname 26, bevat deze woordenlijst.